Leeuwen van Het Buitenland

De Leeuwenwacht; “Leeuwen van Het Buitenland”
	Seizoen 1, Aflevering 20
	[[File:{{{afbeelding}}}\|258px]]
Productie code
Verhaal door
Geschreven door
Storyboard door
Written and storyboarded by
Geregisseerd door
Uitzenddatum USA
Uitzenddatum NL
Uitzenddatum BE
De Leeuwenwacht Afleveringen
Vorige; Pas Op Voor De Zimwi !	Volgende; Nooit Meer Brullen
Video

Leeuwen van Het Buitenland is de twintigste aflevering van het eerste seizoen van De Leeuwenwacht (2016-2019).

Plot[]

Kion en Bunga zijn met een stuk fruit aan het spelen, wanneer Jasiri hen onderbreekt. Als antwoordt op een

vraag die Kion stelde, legt ze uit dat ze hulp nodig heeft. Kion verdenkt dat Janja achter de problemen zitten, maar Jasiri legt uit dat het om leeuwen gaat die in Het Buitenland leven en dat ze haar clans waterpoel hebben overgenomen. Kion gaat akkoord om haar te helpen, vermoedend dat het een misverstand was. Op hun weg naar Het Buitenland, geeft Jasiri eerlijk toe dat ze bang was, dat hij haar niet zou helpen. Als Kion vraagt waarom, brengt Jasiri hem in de herinnering, dat ze problemen heeft met leeuwen, niet met andere hyena's. Kion antwoord dat het misschien goede leeuwen zijn, net als Jasiri's clan.

Aangekomen bij Jasiri's clan, stelt Kion zich voor aan Madoa, Jasiri's zus. Kort erna begroet hij Wema en Tunu, twee hyena welpen die zich verstoppen voor Kion. De leeuwenwelp legt uit tegen de clan van Jasiri, dat hij gekomen is om te helpen. Kion is net aan het uitleggen tegen Jasiri, dat leeuwen redelijk zijn, waarna

ze plots door Nuka worden aangevallen. Kion drukt de jongvolwassen leeuw, grauwend tegen de grond. Woedend stelt Kion zich voor aan Nuka en vraagt aan Kovu die net gearriveerd is, of Nuka een vriend is van hem. Kovu antwoord dat Nuka zijn broer is. Nuka vraagt aan Kion of hij van hem af wilt gaan. Vervolgens cirkelen Jasiri, Kion Nuka en Kovu om elkaar heen. Kion vraagt wat ze doen in Het Buitenland, en legt uit dat Simba hen zou verwelkomen in Het Koningsland, zeker als ze Jasiri en haar clan, haar waterplas terug zouden geven. Nuka staat te popelen om de welp mee te nemen naar Zira. Hij klimt op een rotsblok en kijkt op Nuka neer, en herhaald zijn naam tegen de jongvolwassen leeuw. Kort erna verzekerd hij nogmaals tegen Jasiri, dat het om een misverstand moet gaan.

Bij de waterpoel van Jasiri ontmoet Kion, Vitani en Zira. De welp vraagt aan Zira waarom ze in Buitenland woont en hoe het komt dat ze de waterpoel, van Jasiri hebben overgenomen. Ze antwoord waarom hij niet gewoon de brul gebruikt, om de waterpoel terug van hen over te nemen. Deze kennis toont aan dat Zira weet heeft van Kions krachten. De welp vraagt hoe ze er weet van heeft. Zira suggereert echter dat hij brult,

naar een voorbijdrijvende wolk. Kion brult naar deze wolk, waardoor hij een korte regenbui start. Hierna legt hij uit aan Jasiri dat hij, hier geen weet van had. Hij vraagt vervolgens hoe het met haar gaat, maar ze wil niet praten met een hyena erbij. Zowel Kion als Jasiri betrouwen het niet, maar Kion stemt er mee in met Zira te praten, in de hoop dat hij Zira kan overtuigen, de waterpoel te delen met Jasiri's clan.

Alleen met Zira, zegt de leeuwin tegen Kion, dat ze vereerd is hem te ontmoeten. Zira zingt daarna het lied 'Leeuwen Zijn De Baas'. Tijdens het lied begeleid Zira, Kion een grot in met lava in. Intussen discuteren ze over hoe leeuwen zich zouden moeten gedragen, naar de andere dieren toe. Ze leid hem naar buiten, daar aangekomen ziet Kion een enorme rots, die op De Koningsrots lijkt. Kion wilt meer weten over zijn krachten van Zira en vraagt haar er naar. Helaas voor hem wilt Zira weten aan welke kant, hij staat. Kion legt uit dat hij aan de kant staat, van de kringloop van het leven en iedereen die het respecteren.

De andere Buitenstaanders verschijnen en sluiten Kion in. De welp vraagt wat er aan de hand is, waarop Zira hem dreigt te vermoorden, als hij niet akkoord gaat met haar. Het jonge dier beseft dat Jasiri gelijk had, en dat Zira wel degelijk niet te vertrouwen is. Kion dreigt zijn krachten te gebruiken tegen Zira. De volwassen leeuwin verwijst vervolgens, naar een leeuw die ooit de brul had maar deze verloor, door deze tegen leeuwen te gebruiken. Kion beseft meteen dat ze het over Scar heeft. Hij roept dat Scar nooit de rechtmatige

koning was, wat Zira woedend maakt. Kort erna beveelt Zira dat de andere leeuwinnen, die de welp omringen aan te vallen. Ze gaan dichter naar Kion toe, maar Zira beveelt hen te wachten, ze laat Kion weten als hij zich bij haar voegt, dat ze hem zal vergeven. Zira verrekt en Kion legt zijn oren plat , terwijl de leeuwinnen dichter naderen. Kion probeert te overleggen met hen. Hij herinnerd ze er aan, dat hij enkel vraagt, de waterpoel te delen, het is dus verloren moeite hem vast te houden. Kion doet een ontsnappingspoging, maar de leeuwinnen drukken hem op de grond.

Zira komt terug met haar welpen, terwijl Kion zich moet verdedigen tegen de andere Buitenstaanders. Ze legt uit dat Kion niet kan winnen, waarop Kion een gefrustreerde grom laat horen. De welp wordt vervolgens aangevallen door Nuka, maar Kion weet hem te ontwijken. Kion bereid zich voor op een nieuwe aanval van de volgelingen van Zira als hij Ono in de lucht ziet. Kion roept vervolgen: tot het eind van het Koningsland ! De rest van de wacht en Jasiri stormen naar voren, samen bevechten ze de Buitenlanders, totdat de twee

groepen tegenover elkaar komen te staan. Bunga moedigt zijn vrind aan om zijn krachten te gebruiken, maar Kion antwoord dat hij dat niet kan, anders verliest hij de brul. Bunga corrigeert hem en legt uit, dat Scar de brul verloor, omdat hij deze voor het kwaad gebruikte. Beseffend dat de honingdas gelijk heeft, en zegt hij tegen Zira dat ze nooit of te nimmer nog welkom is, in Het Koningsland of het Buitenland zolang hij leeft. Kort erna blaast hij Zira en haar troep weg, met de brul.

Terug bij de waterpoel, die nu weer van de troep van Jasiri is, bekend Madoa dat ze twijfels had over hem,

maar dat het goed is dat Jasiri hem, als een vriend heeft. Kion bedankt haar, enkele ogenblikken later benaderd hij Tunu en Wema, zeggend dat hij niet eng is. Helaas stuiven de twee nerveuze welpen weg. Jasiri zegt dat hij dat als een compliment moet zien, voor zijn kracht